Wet op de economische delicten
Artikel 33
Het opzettelijk handelen of nalaten in strijd met een bijkomende straf, als bedoeld in artikel 7, onder a, c of f, een maatregel, als vermeld in artikel 8, een regeling, als bedoeld in artikel 10, of een voorlopige maatregel, of het ontduiken van zodanige bijkomende straf, maatregel, regeling of voorlopige maatregel is een economisch delict.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
-
LJN AA5087, Eerste aanleg - meervoudig, 17/095184-98
Rechtsoort
Straf
Datum uitspraak
29-02-2000
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Eerste aanleg - meervoudig
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Rechtbank LeeuwardenARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE LEEUWARDEN Beknopt vonnis. Uitspraak d.d. 29 februari 2000. Parketnummer 17/095184-98. Ter berechting gevoegd parketnummers 17/095297-98. VONNIS van de meervoudige kamer voor de behandeling van economische strafzaken, in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte... -
LJN AY2223, Hoger beroep, 04/64
Rechtsoort
Civiel overig
Datum uitspraak
06-07-2006
Status
gepubliceerd
Soort procedure
Hoger beroep
Instantie
gepubliceerd
Rechtsoort
Gerechtshof 's-GravenhageDe wijze waarop het openbaar ministerie dient om te gaan met inbeslaggenomen voorwerpen, is geregeld in het Wetboek van Strafvordering (verder: Sv) en daarop gebaseerde uitvoeringsvoorschriften. Ingevolge artikel 117 Sv worden inbeslaggenomen voorwerpen niet vervreemd dan na machtiging van het openbaar ministerie...